De
eurozone kende, na vijf kwartalen krimpen (vanaf begin 2012), in het tweede
kwartaal van dit jaar een economische groei van 0,3%. Voor België betekende dat
0,1%, waarover terecht al heel wat schampere opmerkingen waren. Dat Belgische
cijfer was dan nog met het nodige voorbehoud vrijgegeven door de Belgische
Nationale Bank (NBB). Nu blijkt, dat die minimale groei grotendeels te danken
was aan het feit dat Pasen dit jaar in het eerste kwartaal viel, waardoor er in
het tweede kwartaal dus automatisch enkele werkdagen meer waren die voor het
verschil hebben gezorgd. In reële termen was er dus helemaal geen groei, tenzij
men een nulgroei ook groei wil noemen*.
Nu
blijkt, uit een studie van De Standaard, dat die prognoses van de NBB er
dikwijls zijn van het soort dat met de natte vinger wordt gemaakt. In de
periode 2005/2012 zat de bank er gemiddeld anderhalve procent naast. Voor de
Belgische begroting betekent dat ± 2 miljard euro. Men mag niet vergeten dat de
federale regering zich op die cijfers baseert om haar begroting te maken cq bij
te stellen, waardoor het haast logisch wordt dat er inderdaad regelmatig moet
worden bijgesteld. Zo werd voor de economische activiteit voor het jaar 2013
vorig jaar in juni nog geschat op een groei van 1,4 procent terwijl in december al
bleek dat een nulgroei heel wat waarschijnlijker zou worden.
Naar slechte Belgische gewoonte worden er ook weer geen regionale
cijfers vermeld, al kan men met de ellebogen aanvoelen dat er weer een nog groter
verschil zal geweest zijn tussen Vlaanderen enerzijds en Brussel/Wallonië
anderzijds. Datzelfde geldt voor de exportcijfers. Die zijn gestegen, maar ook
hier geen onderverdeling, al weet zowat iedereen dat de Vlaamse bijdrage aan de
uitvoer de 80% overstijgt.
Ondertussen blijft de Belgische loonhandicap van ± 25% t.o.v. onze
buurlanden bestaan, waarbij ook bekend werd dat we, na Luxemburg, de hoogste
Europese minimumlonen betalen, wat in dit verhaal meespeelt en hadden we vorige
maand weer een stijging van het aantal faillissementen t.o.v. juli 2012.
Kortom, van het hoera geroep van Di Rupo en Co bij het ingaan van het
parlementair reces, zal volgende maand niet veel meer te merken zijn. Het wordt
gegarandeerd weer knippen en plakken.
* In het uitvinden van nieuwe woorden
kunnen economen en banken trouwens heel vindingrijk zijn. Zij kennen niet
alleen groei en nulgroei, maar zelfs negatieve groei.
Democratie blijkt zijn grenzen te hebben. Dat weten ze nu ook in
Egypte, waar de ene partij zegt dat ze democratisch verkozen is (officieel is
dat ook zo) en de andere dat ze er misbruik van gemaakt heeft (o.m. omdat Morsi
zich boven de wet stelde). Van overal ter wereld worden de Egyptenaren nu
aangemaand zich te houden aan de democratische regels. Welke regels? Die mensen
weten amper wat democratie is.
In
een echte democratie heeft de meerderheid het voor het zeggen. Dat is 50% +1. Die meerderheid wordt dan wel verondersteld
zich te houden aan de bestaande grondwet. In de praktijk gebeurt zoiets
praktisch alleen in landen met een democratische traditie en dan nog. Want bij
ons in België gebeurt dat helemaal niet. Wij leven in een zgz consensus
democratie, waarbij over alles en nog wat akkoorden moeten worden afgesproken,
maar wat er toe leidt dat de (Franstalige) minderheid het feitelijk voor het
zeggen heeft. Om dat te bekomen heeft men allerlei vetos, grendels,
alarmbellen en quota ingevoerd, waardoor de (Vlaamse) meerderheid niets kan
bereiken, tenzij het bereid is steeds daarvoor te betalen. Dat het zover is kunnen
komen is trouwens niet in de eerste plaats de schuld van de Franstaligen, wel
van de eigen verkozenen uit de traditionele Vlaamse partijen die zich keer op keer
laten rollen hebben, tegen het belang van hun eigen achterban in.
Zo
wordt in het vooruitzicht van de verkiezingen van mei 2014 nu al van alle
kanten druk uitgeoefend om a.u.b. weer niet te beginnen met eindeloze palavers
om een federale regering te kunnen vormen. Op die manier, zegt men, wordt dit
land geblokkeerd. Dat is een lachertje, want België is permanent geblokkeerd.
Het land bestaat uit twee helften die compleet naast elkaar leven. Partijen
weten reeds bij voorbaat dat de electorale beloftes die in Vlaanderen of in
Wallonië gedaan worden, niet kunnen verwezenlijkt worden, tenzij die van het
andere landsgedeelte ermee akkoord gaan. Als gevolg daarvan heeft men ook
steeds een excuus als zon partijprogramma ofwel niet kan gerealiseerd worden
of alleen als er extra voor betaald wordt. Consensusdemocratie is dan ook maar
een schijndemocratie. Als een partij in dit land ook maar een schijn van een
kans maakt om zijn electoraal programma erdoor te krijgen, moet dit land eerst
gesplitst worden. Dat zou dan ook de inzet moeten worden van mei 2014.
China is ook niet meer wat het geweest is. De economische groei wordt er
dit jaar tussen de zeven en acht procent geraamd. Voor eender welk westers land
zou dat een luxe zijn, maar voor China zijn we al verscheidene jaren dubbele
cijfers gewend. Daarbij komt nog de vraag of die cijfers (de huidige, maar ook
die van de vorige jaren) wel kloppen. Door de combinatie van een communistisch
politiek systeem en een kapitalistisch werkende industrie, wordt het steeds
moeilijker de gang van zaken daar te evalueren volgens onze westerse
maatstaven.
Een van de redenen van de Chinese terugval is natuurlijk de wereldwijde
economische crisis die al enkele jaren aanhoudt. Om de pil te verzachten zou
China dan ook iets meer moeten doen om i.pl.v. de export ook de binnenlandse
consumptie aan te moedigen. Dat gebeurt ook. De Chinese staat, die op een
enorme berg cash geld zit, subsidieert nu al heel wat projecten in de Chinese
steden en dorpen. Dat gebeurt blijkbaar niet altijd even koosjer, zodat men
hier en daar prestigeprojecten heeft lopen of zelfs afgewerkt, die een
blauwdruk dreigen te worden van een vastgoedluchtbel waartegen bv de Spaanse
maar klein bier zou zijn. Er worden hele spooksteden gebouwd, waarin haast
niemand woont because onbetaalbaar voor de gewone Chinees, die al bij al nog
steeds een laag loont verdient en wel verplicht is een deel ervan te sparen
omdat er geen echte sociale zekerheid is zoals wij die kennen.
Een tweede probleem is dat de lonen ook in China niet meer onder
controle te houden zijn en dat bedrijven er steeds meer moeten afrekenen met de
concurrentie uit het Aziatische buitenland, waar doodarme landen, zoals bv
Bangladesh, van profiteren. En dan hebben we het nog niet gehad over de
milieunormen, die in China meer dan eens een lachertje blijken te zijn.
Tenslotte
is er het probleem met de één-kind-gezinnen. Door het ontbreken van die sociale
zekerheid moeten kinderen er hun ouders onderhouden als ze oud zijn geworden.
Dat wordt voor dat ene, meestal verwende kind niet meer haalbaar en dat heeft
de Chinese leiding ondertussen ook begrepen. Er zal een wijziging in die
drastische wet komen, waardoor de meeste gezinnen voortaan twee kinderen zullen
mogen hebben. Vóór die wijziging enig effect zal hebben zijn we echter weer een
generatie verder, zodat dat op korte termijn niet veel zal uithalen.
Kortom, het idee dat China eens snel de wereld ging veroveren, mag men
ook vergeten. Het land zal wel blijven meespelen, maar niet de eerste viool
zoals men tot voor kort dacht. Het is trouwens zeer de vraag, hoelang die
combinatie communisme/kapitalisme het nog zal uithouden. En als het allemaal
zon vaart niet gaat lopen, zoals sommige profeten, ons voorspeld hadden, zal Chinees
leren in de toekomst ook geen noodzaak meer zijn voor wie niet in China gaat
wonen. Al bij al is dat laatste een grote zorg minder voor wie daar problemen
mee had. Een compleet vreemde taal leren plus dan nog eens een compleet ander
schrift is niet voor iedereen weggelegd.
Met economen is het tegenwoordig zon beetje als met politiekers. Men
kan er alle kanten mee op. Zegt de ene wit, dan zegt de andere zwart. Bij ons
hebben we zo het duo Van de Cloot Noels dat voor besparingen is en Paul De
Grauwe die zegt dat we teveel besparen. Die laatste vindt bijval bij Paul
Krugman, Amerikaan en Nobelprijswinnaar, die meent dat Europa meer moet
investeren en minder moet besparen om uit de crisis te komen. Wie gelijk heeft
zal de toekomst moeten uitwijzen. Daarbij de lof van België zingen, zoals
Krugman zopas gedaan heeft, is m.i. echter wel een brug te ver.
Volgens Krugman is België veel meer gebaat geweest met zijn politieke
besluitloosheid dan bv Nederland, dat de crisis met structurele maatregelen te
lijf gaat. Voorlopig lijkt dat ook zo te zijn, vraag is maar wat het
eindresultaat zal zijn. Want een economische vooruitgang van, och arme, 0,1% in
het laatste kwartaal is verwaarloosbaar. Een hoge overheidsschuld, een veel te
zware belastingsdruk, een grote werkloosheid, een zwakke concurrentiepositie en
steeds groter wordende vergrijzings- en immigratiekosten zijn problemen die een
ernstigere aanpak vergen dan het knip en plakwerk van de regering Di Rupo. Vergeten
we niet dat het in Griekenland ook zo begonnen is: de problemen minimaliseren
en voor zich uitschuiven tot het op een gegeven ogenblik niet meer verder kón.
Om de zoveel maanden de begroting moeten bijstellen, zoals men nu hier doet, blijft
lapwerk. Deze voor dit jaar moet nóg eens worden nagekeken terwijl deze voor volgend
jaar al grotendeels rond zou zijn. Wie gelooft zoiets?
Voor alle duidelijkheid, ondanks het feit dat Krugman de lof van België
zingt, vindt hij het wel een slecht functionerend land, dat zo grondig
verdeeld is, dat het lijkt alsof de politici elkaars taal niet spreken. Wat
inderdaad het geval is, letterlijk dan nog wel. Als België als voorbeeld moet
dienen, dan eerder als voorbeeld van hoe het niét moet. Dat we tot op heden de
crisis vrij ongeschonden zijn doorgekomen, is geen garantie tot slagen. De
prijzen worden gegeven aan de meet en daar zijn we bijlange nog niet.
Wat Krugman betreft is het trouwens zeer de vraag in hoever hij de echte
Belgische situatie kent. In een vrij objectief artikel over de troonswissel in
The Economist van 27 juli schrijft de verslaggever uit Brussel, een man die
gespecialiseerd is in materie en tekent onder de schuilnaam Charlemagne:
Belgium is an ever losing union and, even so, may be a model of perpetual
misery. (België is een alsmaar uitrafelende samenhang en een voorbeeld van
eeuwigdurende miserie). Dat sluit wél naadloos aan bij 'een slecht functionerend voorbeeld'...
Leterme heeft dus eieren voor zijn geld gekozen. Hij blijft adjunct
secretaris-generaal bij de Oeso, waar hij meer dan waarschijnlijk aan een
tweede ambtstermijn van twee jaar zal beginnen en zal aan geen enkele
verkiezing van mei 2014 deelnemen. Zoals ik reeds schreef in mijn blog van
vorige week vrijdag riskeerde hij nog steeds verkozen te worden, maar zou het
wel eens kunnen dat hij daarna zichzelf zou tegenkomen na een zoveelste
eventueel drama bij de Dexia restbank, waarvoor hij (én Didier Reynders) hebben
getekend.
In
de uitzending van Terzake van dinsdag werd hij niet alleen de mantel uitgeveegd
door econoom Ivan van de Cloot, maar werd er tevens een verpletterend negatief
beeld van hem getoond via fragmenten van vroegere Tv-uitzendingen, waarin
Leterme niet alleen gekapitteld werd door Van de Cloot en collega econoom Geert
Noels, maar vooral door Johan Van Overtveldt, hoofdredacteur van het
economische weekblad Trends, dé specialist ter zake, die echt geen blad voor zijn mond nam. Als
antwoord op de beschuldigingen kon Leterme alleen maar zeggen dat hij had
kunnen garanderen dat de rekeninghouders van Dexia geen cent zouden verliezen
en dat de globale rekening van de Dexia affaire pas bekend zal zijn als alles
afgerond zou zijn. Dat laatste kan nog enkele tientallen jaren duren, zodat we
hier wel degelijk kunnen spreken van een na ons, de zondvloed. Van de Cloot
repliceerde trouwens ook heel gevat, dat inderdaad de centen van de
rekeninghouders van Dexia door Leterme werden gevrijwaard, maar dat het
tenslotte de Belgische belastingbetaler zal zijn die het kind van de rekening
zal worden. Dat laatste komt er op neer dat iedereen die géén rekeninghouder
was bij Dexia deze rekening ook mee mag betalen: tot nu toe al zon 6 miljard
euro en straks misschien een veelvoud ervan*.
Leterme kiest nu voor de vlucht vooruit en zet daarmee niet alleen de
Belgische belastingbetaler een neus, maar ook zijn eigen partij, die hij
verweesd achterlaat. In zijn West-Vlaamse regio zal zijn partij de schade nog wel
kunnen beperken met Crevits en Straffe Hendrik Bogaert, op federaal en
Europees vlak is de electorale schade niet te overzien. Buiten Leterme, bij de
laatste grote verkiezing nog goed voor zon 800.000 stemmen, zijn ook Torfs en
Vervotje opgestapt die samen ook goed waren voor zon kwart miljoen stemmen.
Wat Europa betreft heeft Ivo Belet, nu nog europarlementslid, al toegegeven dat
zijn partij in Europa waarschijnlijk twee tot drie zetels (van de vijf!) zal
verliezen, reden waarom hijzelf nu al op zoek is naar een plaatsje op een
andere lijst. Het zal daar drummen worden. Marianne Thyssen zal de Europese
CD&V-lijst trekken en er stemmen halen, enkel en alleen omdat ze op die
eerste plaats staat. De vrij kleurloze dame, die bij de vorige federale verkiezing de
partij ook niet kon redden, spreekt echt niet tot de verbeelding en datzelfde
geldt voor Steven Vanackere, de vroegere coming man die roemloos ten onder ging als federaal minister.
Blijft
alleen nog Kris Peeters over. Plus natuurlijk de high potentials van Innesto,
het geesteskind van Markske Beke, die zich tot nu toe vooral hebben kunnen
doen opmerken door het lanceren van nieuwe ideeën die weinigen konden
enthousiasmeren. Er zal meer nodig zijn om de vroegere grand party van een
debacle te redden.
* Op één punt had Leterme in de Terzake
uitzending wél gelijk, nl toen Van de Cloot refereerde naar de omfloerste
doodsbedreigingen die hij zou gekregen hebben n.a.v. zijn verklaringen over de
Dexia affaire. Leterme zei toen, dat Van de Cloot in een dergelijk geval klacht
had moeten neerleggen i.pl.v. de calimero uit te hangen en anders zijn mond
daarover moet houden.
Ik
heb Rikske Torfs in deze rubriek al enkele keren in zijn (erg dun) haar gezeten.
De man was tamelijk mediageil denk maar aan De slimste mens en werd,
misschien ook daarom, bij een vorige rectorverkiezing in Leuven niét verkozen
omdat vooral de studenten hem niet lustten. Hij is dan maar in de politiek
gestapt en werd senator voor CD&V, waarbij hij o.m. samen met Vervotje een
nieuw soort blauwdruk opstelde om de zieltogende Vlaamse christendemocratie een
tweede adem te geven. Van die blauwdruk is ook al zo goed als niets
overgebleven en het werd er niet beter op toen Rik af en toe eens vlakaf zijn
mening te kennen gaf, een mening die niet erg unisono was met die van zijn
partij. Ergens moet hij dan ook beseft hebben, dat de politiek toch zijn dada
niet was en besliste hij eruit te stappen, om opnieuw deel nemen aan de
rectorverkiezing van de KU Leuven. Verkiezing die hij deze keer wél won.
Sindsdien kan men zien dat Torfs heropleeft. Hij heeft een hele nieuwe bestuursploeg
rond zich vergaard. Dat ex senaatscollega Danny Pieters van de N-VA daarbij
vicerector werd, werd Torfs niet overal in dank afgenomen, maar het toont wel
aan dat hij niet zinnens is zich verder nog veel met de politiek om de politiek
bezig te houden.
Het nieuwste voorstel van Torfs, om het eerste semester op de
universiteit om te vormen tot een selectiesemester, is m.i. zelfs een zeer
goede zet. Het zou heel wat studenten behoeden voor een eerste verloren jaar.
Studenten die tijdens dat semester zien dat ze misschien toch een verkeerde
richting hebben gekozen, zouden op die manier de kans krijgen tijdig van
richting te veranderen zonder daarom persé een (kostelijk) jaar te moeten
verliezen. Die mogelijkheid van overstappen zou trouwens nu reeds bestaan, maar
een steun van hogerhand zou de praktijk meer gangbaar kunnen maken (en minder
moeilijk). Het zou ook een alternatief zijn om de toegangsexamens voor
(tand)artsen af te schaffen, waarvan ik de wraakroepende situatie in deze
rubriek al ettelijke keren beschreven heb.
Ondanks
alle heisa die er bijna het hele jaar door is over ons onderwijs* en dit
ondanks het feit dat het Vlaams onderwijs nog altijd bij de top zit in Europa
zou dit idee van Torfs er wel eens toe kunnen bijdragen het nóg te verbeteren.
Misschien is het verblijf van Torfs in de politiek voor hemzelf een goede zaak
geweest (hij heeft daar gezien hoe het niét moet) en heeft hij nu de motivatie
terug gevonden die hij ergens in die senaat was kwijt gespeeld.
Amsterdammer
Johan Cruyff wist het al: Elk nadeel heb ze voordeel.
* Wat ook te maken heeft met de
steekvlampolitiek van Duracell-konijn Smet, waarvan we alleen maar kunnen hopen
er volgend jaar in mei van verlost te zullen zijn.
Sell in May and go away. But remember to
come back in September. Die oude
beursslogan doet het al enkele jaren niet meer en dat zal voor dit jaar wel niet
anders zijn. Ook na mei en zelfs in volle vakantieperiode draaien de beurzen
blijkbaar op volle toeren, worden er nieuwe records gevestigd en stijgt het
vertrouwen, zowel bij consumenten als bij ondernemers, ook in de eurozone. Het zou trouwens niet de eerste keer zijn dat
er in augustus e.o.a. financiële crisis was. Dat heeft te maken met het feit dat augustus in
Europa vereenzelvigd wordt met vakantie, maar daarbuiten is dat niet het geval. Toch zou
september de maand kunnen worden waarin we gaan weten of die huidige optimistische
trend zich zal doorzetten of niet. Het moment van de waarheid zou er inderdaad
kunnen komen na de parlementsverkiezingen in Duitsland.
Alles wat de laatste maanden politiek is
afgesproken binnen de eurozone was in functie van de verkiezingen bij onze
oosterburen. Duitsland is niet alleen het grootste land van de E.U., het heeft
ook de meeste inwoners, de grootste en meest efficiënte economie die zorgt voor
één vijfde van de Europese productie. De werkloosheid in Duitsland is zowat de
helft van het Europees gemiddelde (± 5,5%*), de jeugdwerkloosheid, hét probleem
in de zuidelijke landen, staat er op het laagste peil van de laatste 20 jaar.
De begroting is er in evenwicht, de staatsschuld blijft er zakken en de lange
termijnrentes zijn de laagste van heel Europa. Duitsland draagt nu al 28% bij
aan het E.U.-budget, maar de meeste andere landen vinden dat nog niet genoeg.
Als men wil komen tot de bankenunie waarnaar zowat iedereen vraagt, dan zou het
land eventueel moeten bijpassen als andere landen in gebreke blijven. Een
dergelijke beslissing wil nu niemand nemen, maar na de verkiezingen van 22
september kan het zijn dat daarover wél iets beslist wordt en is het alleen nog
de vraag wát er dan zal beslist worden.
Wat betekent dat alles voor dit land? Wel,
in de eerste plaats zitten ook onze banken mee in de Europese maalstroom en dan
hebben we het nog niet gehad over de Dexia restbank die als een molensteen aan
de hals van de federale regering hangt (heeft tot op heden al 6,5 miljard euro
gekost!). Verder is er het probleem van de concurrentiekracht van onze
bedrijven en dit niet alleen t.o.v. onze buurlanden. Zelfs landen alsbv Spanje en Portugal werken daar aardig aan
en zullen ons straks meer kunnen beconcurreren, omdat de lonen er fors gedaald
zijn. Denk maar aan de verhuis van Ford Genk naar Valencia.
Kortom, pas na de Duitse verkiezingen van 22
september en de vorming daar van een eventuele nieuwe regering, zal er beslist
worden of de eurozone zal blijven bestaan en, indien ja, hoe die er daarna zal
uitzien. Het is een beetje té simplistisch om te denken dat Duitsland aan
Europa een carte blanche zal geven om de huidige putten te vullen, hoe graag
lieden zoals bv een Verhofstadt dat ook zouden willen. Pas daarna zal blijken
of de beurseuforie dan nog overeind zal blijven.