Brussel is officieel, politiek gesproken, een tweetalige stad, die bestaat uit 19 gemeenten, met evenveel burgemeesters, schepenen, gemeenteraden en OCMW’s. Daarenboven maakt het gewest deel uit van de ‘Fédération Bruxelles-Wallonie’ een overbodig tweede gewest dat geen eigen inkomsten heeft en zich bijna uitsluitend bezig houdt met Cultuur en Onderwijs, materies die in Vlaanderen al lang zijn geïntegreerd in het eigen gewest.
Om het Brussels Gewest te besturen moet er een meerderheid zijn aan zowel de Nederlandstalige als de Franstalige kant. Na meer dan negen maanden palaveren is dat nog niet gebeurd. Aan Franstalige kant is daar in Brussel ook de PS bij, wat op federaal gebied voor de eerste keer in 30 jaar niet het geval was. Erger nog, die PS wil in Brussel, bij monde van haar voorzitter Ahmed Laaouej – zo te zien een echte Belg - niet samenwerken met de N-VA, die daar aan Nederlandse kant wél bij is. Het gevolg is dat de impasse blijft en Brussel nog steeds geen gewestregering heeft. Mocht dat toch nog gebeuren, dus zonder de N-VA, dan zal zich het probleem stellen dat Brussel, dat met de grootste schuldenlast van het al zo belaste België steeds geld tekort heeft, dat zal moeten vragen aan de federale regering die geleid wordt door de N-VA. Daar zou men gek moeten zijn nog extra geld te geven aan een gewest dat de eigen partij boycot, zeker na 20 jaar slecht Brussels beheer.
Misschien kan dit echter wel een eerste stap worden in een volgende staatshervorming, waarbij ook Vlaanderen zelfstandiger kan worden. De Wever zou gek zijn die opportuniteit niet te nemen. Om het in Bart’s eigen vaktaal te zeggen ‘Quid pro Quo’ (voor wat, hoort wat).
|