In politieke kringen is het een oude mop, maar ik wil ze toch even boven halen: "Een benoemde ambtenaar moet al zijn vader en moeder vermoorden om zelfs nog maar een vermaning te krijgen". In de zaak Koekelberg leek het weer van hetzelfde. De man scheen echt geen kwaad te kunnen doen. Liefst vier Vlaams liberale ministers beten zich op hem de tanden stuk. Het begon bij Dewael bij de zgz "canapé benoemingen", daarna De Gucht en Depadt in de zaak van de vermeende chantage (toen Koekelberg een bezwarende naamloze beschuldiging tegen Depadt opzij had gelegd) en ook Annemie Turtelboom bleef zich maar verschuilen achter het comité P, in de hoop dat ze zelf niets zou moeten doen. Dat comité P was trouwens niet de enige verdediger van Koekelberg. Ook de Raad van State stond achter hem, de vakbonden durfden hem aanvankelijk geen strobreed in de weg leggen en zijn persoonlijke advocaat is niemand minder dan Marc Uyttendaele, alias monsieur Onkelinx, waarschijnlijk de duurste pleiter van Franstalig België. Want ondanks zijn Vlaamse naam en het feit dat Koekelberg zo goed als vlekkeloos Nederlands spreekt, is de man een chouchou van de PS en het CDH en mag dit waarschijnlijk de reden zijn waarom de sjoemelaar het zo lang heeft uitgehouden. In dit land is blijkbaar alles communautair. Al moet hierbij gezegd, dat de PS sinds het uitbreken van de fraude etterbuil in Charleroi al heel wat voorzichtiger is geworden. Het feit dat de partij ook koos voor Leterme's standpunt in de IPA discussie, tegen de rode vakbond in, is daar een ander teken van. Dat Koekelberg tenslotte de eer aan zichzelf heeft gehouden, is dan ook een goed teken. Misschien heeft bovenstaand mopje dan toch eindelijk afgedaan en staat zelfs een benoemde ambtenaar niet (meer) boven de wet.
|