Pisa is niet alleen de naam van de Italiaanse stad met de scheve toren – wij zijn er ooit geweest, op weg naar de haven van Livorno, waar we de boot namen naar Sardinië – er bestaat ook nog een zgn ‘Pisa-test’, die normaal om de drie jaar wordt verricht onder auspiciën van de OESO, dit jaar één jaar later wegens corona. Daaruit blijkt dat het niveau van onze 15-jarigen er flink op achteruit blijft gaan, meer dan het Europees gemiddelde. Dat heeft veel te maken met het overdadig gebruik van smartphone en tablet én de groeiende aanwezigheid van kinderen met een vreemde achtergrond, die thuis de taal van hun origine blijven spreken en de radio- en Tv-programma’s van hun land van oorsprong blijven volgen. Dat fenomeen is niet nieuw, we maakten dat al jaren geleden mee in het Brussels Franstalig onderwijs, waar zelfs Franstalige Brusselaars hun kinderen naar de Nederlandstalige scholen stuurden omdat ze het verschil zagen. Nu is die achteruitgang algemeen geworden in alle onderwijstakken. Vlaams minister voor Onderwijs Ben Weyts heeft groot gelijk dat hij de lat niet lager maar hoger wil leggen, al had hij dat al wel iets eerder mogen doen.
|