Ik heb er al een paar keer over geschreven, maar het blijft een schande hoe men in deze tijden van crisis toch blijft volhouden met de overfinanciering van politieke partijen en kabinetten.
Het recentste verhaal daarover is een voorstel van Kamerlid Wim Van der Donckt (N-VA) die wist te vertellen dat men op de begroting van volgende jaar 634.000 euro kan besparen door de partijfinanciering niet meer te indexeren. Die totale financiering kost het land nu reeds 32,4 miljoen. Het gaat dus niet om de dotatie zelf, maar enkel om de indexering die de kosten elk jaar nóg groter maken. Komende van de oppositie werd dit voorstel door Paarsgroen+ natuurlijk afgewezen. Bij de discussie daarover bleek trouwens dat het voorstel van Van der Donckt geen primeur was. Het was nl in 2018 al eens voorgesteld door het duo V&W (Vuye en Wouters) dat zich toen al uit de N-VA had teruggetrokken.
Daar houdt het trouwens niet bij op. De kredieten voor de werking van de ministeriële kabinetten werden met liefst een kwart opgetrokken, van 56 naar 68 miljoen euro. Dit alles omdat er met zeven vicepremiers in de federale regering ook extra kabinetten zijn bijgekomen. In totaal ‘werken’ daar 828 ‘cabinettards’. Daar zijn o.m. privé koks bij.
Zou Paarsgroen+ ook gaan besparen? Zeker, maar niet op de eigen inkomsten. Het motto: ‘Les affaires c’est L’argent des autres’ blijft bij hen van kracht.
|