De vierde man van het Belgische 4x400 meter team, Jonathan Sacoor, 19 jaar jong en perfect tweetalig, klopte op de Memorial Ivo Van Damme ploegmaat Kevin Borlée, de dertig voorbij en – net als zijn broers - niet bereid tot één woord Nederlands, alhoewel ze dat als vak hadden in hun basisschool van het Brusselse St. Lambrechts Woluwe. Een zege die veel Vlamingen wel binnenpretjes zal bezorgd hebben.
Die Sacoor wordt gesponsord door de Vlaamse sportfederatie, maar traint bij de Borlée’s. Anderzijds is er bv de verrassende Vlaamse winnaar van de marathon op de Europese kampioenschappen, Koen Naert, die aangesloten is bij de Waalse sportfederatie. This must be Belgium. Het wordt misschien iets duidelijker, als men weet dat Naert zijn sportcontract van de Vlaamse atletiekfederatie verbroken zag na de Olympische Spelen van Rio, toen hij in dezelfde discipline waarin hij nu met grote voorsprong winnaar werd, als 22ste eindigde.
Met namen als de Borlée’s en bv Nafi Thiam lijkt het wel alsof de atletiek een Waals onderonsje is. Niets is minder waar. Men werkt nl met een topsportindex, waarin niet alleen de podiumplaatsen tellen, maar ook de 4de tot en met de 8ste plaats. Op die index haalt Vlaanderen dit jaar een record van 1.112 punten, liefst 500 meer dan Wallonië. Vier jaar geleden was het verschil maar 130 punten.
Het blijft natuurlijk een verwarrend beeld dat op internationale meetings er één Belgische ploeg is en geen Vlaamse of Waalse. Dat geldt trouwens ook voor het voetbal, waar de Vlaamse clubs de motor zijn van de eerste afdeling: 12 van de 16 ploegen zijn Vlaamse, 3 Waalse en 1 uit de Oostkantons. In het gezaghebbend economisch tijdschrift ‘The Economist’ stond recentelijk nog te lezen dat ‘als België niet bestond, het niet zou uitgevonden worden’.
Zo hoort men het ook nog eens van iemand anders.
|