Iran houdt de wereld bezig. Als men onze media volgt, zou men dat niet zeggen, want die hebben het te druk met prins Philippe, de zeehondjes, big brother e.d. maar in de grote landen volgt men de evolutie aan de Perzische Golf wél aandachtig en dat is maar goed ook. Nu ook Rusland en China zijn bijgedraaid en akkoord gaan om de zaak van de Iraanse uraniumverrijking, die tot een maken van een atoombom kan leiden, voor de veiligheidsraad te brengen, blijft Iran van zich afbijten. Gisteren geraakte zo bekend dat het land over een niet detectbare raket zou beschikken waarmee het doelen over het hele Midden Oosten zou kunnen bereiken. Het kan allemaal bluf zijn (er waren gelijktijdig ook grote manoeuvers in de Golf), maar toch doet men er best aan die evolutie nauwkeurig te blijven volgen, iets wat Amerikanen en Israëli zeker doen. Het gaat tussen de U.S.A. en Iran trouwens niet alleen meer over die uraniumverrijking. Iran wil ook met een eigen oliebeurs beginnen op het eiland Kish. De bedoeling zou zijn dat die beurs niet met dollars maar met euro's zou werken en op die manier een wig zou drijven tussen Amerika en Europa. Normaal had die beurs op 20 maart moeten worden opgestart, maar dat is voorlopig niet gebeurd. De reden daarvoor is waarschijnlijk dat de Iraniërs de kracht van de dollar als globale reservemunt hebben onderschat en deze van de euro overschat. De euro is (nog) niet rijp om als reservemunt te kunnen fungeren, zo simpel is dat. Bovendien zijn de meeste landen, ook moslimlanden, niet bereid om de monitaire wereldorde te gaan verstoren. Het massaal verkopen van dollars wereldwijd zou voor een serieuze devaluatie kunnen zorgen waardoor bij heel wat landen het water aan de mond zou komen te staan. Het geluk van het Westen is, dat Iran in de moslimwereld weinig vrienden telt. Niet voor niets lekte vorige week uit dat ook Saoedi Arabië aan een atoombom zou werken. Dat nieuws is niet alleen slecht nieuws voor het Westen, ook voor Iran, als was het maar als afschrikargument. Het soennitische Saoedi Arabië is als de dood voor het sjiitische Iran. Al bij al ziet het er niet goed uit daar in het Midden Oosten en de vraag is alleen in hoever het Westen daaronder te lijden gaat krijgen. Lichtpuntje in dit hele gebeuren is, dat de U.S.A. en Iran op dit ogenblik wel met elkaar praten, al is het alleen maar over het probleem Irak. De Amerikaanse onderhandelaar heet Zalmay Khalilzad. Hij is de huidige Amerikaanse ambassadeur in Afghanistan, het land waarin hij geboren werd. Mede als gevolg daarvan spreekt hij enkele van de plaatselijke talen, waardoor hij in zijn gesprekken met de Iraanse leiders geen tolk nodig heeft. Op hem rust de hoop dat er via zijn gesprekken een soort van dooi in de betrekkingen komt, waardoor de lont uit het kruitvat zou geraken... Inch Allah!
|