In deze rubriek heb al meermaals gepleit om die Franse Gemeenschap af te schaffen. Vlaanderen heeft zoiets nooit gehad, waarom de Francofonen dan wel? De reden daarvoor vond ik in ’t Pallieterke van vorige week. In een interview verklaarde Lorenzo Terrière, een jonge politicoloog verbonden aan de UGent, dat de Waalse regering en de Franstalige Gemeenschapsregering begin jaren 2000 de facto wél waren samengevoegd, net zoals dat in Vlaanderen gebeurd was. De splitsing kwam er pas in 2014 toen de PS naast de federale regering van Michel greep en een deel van haar politiek benoemde personeel uit de boot viel. Sindsdien heeft Francofonië alles dubbel: minister-presidenten, ministers, regeringen en kabinetten, zonder dat daar ook maar iets tegenover staat. Als Wallonië consequent was, had het bij de daarop volgende verkiezingen; toen de PS er niet alleen weer bij was, maar zelfs de grootste regeringspartij werd, die Franse Gemeenschap weer kunnen laten deel uitmaken van het Waalse gewest, maar dat gebeurde niet. Het ging dus louter om de postjes, Daardoor verliest het Waalse gewest jaarlijks enorm veel geld dat men via België van Vlaanderen hoopt terug te krijgen en wat meteen verklaart waarom de PS, volgens Magnette, een volgende staatshervorming niet meer wil. Dan zou het immers gedaan kunnen zijn met potverteren op de kap van Vlaanderen.
En dan hebben we het nog niet gehad over de Belgische werkzaamheidsgraad van 80% die Crootje aan Europa beloofd heeft tegen 2030. Wallonië haalt nu zelfs de 70% niet en rekent erop dat Vlaanderen weer het verschil zal maken, terwijl ze mee blijven profiteren. De tijd om daarover te debatteren zal er niet meer zijn als er geen hopelijk laatste staatshervorming komt. Het wordt dan de finale confrontatie.
|