In Syrië vonden deze week presidentsverkiezingen plaats. Dat het daar nu gebeurt, is gewoon volgens de Grondwet die dat zo heeft vastgelegd. In één derde van het land zal er niet gestemd kunnen worden, omdat dat nog altijd buiten de controle van Assad en zijn Alawietische minderheid valt. De Syrische vluchtelingen in het buitenland, naar schatting zes miljoen, meestal soennieten die vóór het begin van de burgeroorlog 65% van de bevolking uitmaakten, mogen wel stemmen, maar moeten dat doen op de buitenlandse ambassades van het regime waarvoor ze op de vlucht zijn gegaan. Veel cijfers zijn daarover niet, tenzij die uit het buurland Libanon, waarnaar anderhalf miljoen Syriërs zijn gevlucht en waarvan er slechts 50.000 zouden gestemd hebben.
Er zouden twee tegenkandidaten zijn voor Assad, twee nobele onbekenden die daarvoor de steun moesten krijgen van 35 parlementsleden in een parlement dat bijna uitsluitend wordt bemand door Assad aanhangers. Die laatste won dan ook met de vingers in de neus.
Ondertussen heeft Turkije een grensstrook van 35 km diep binnen Syrië bezet, is een belangrijk deel van de Syrische economie of wat ervan overblijft in handen van Rusland en Iran, beschouwen de Verenigde Naties deze verkiezingen als ongeldig en gaat het niet op nu de Amerikanen de schuld te geven van het Syrische debacle. Obama trok een rode lijn, maar durfde Assad niet aan te pakken toen die lijn overschreden werd. Trump is geen enkele nieuwe oorlog begonnen en trok zijn troepen terug, terwijl ‘Slow Joe’ ook niet zinnens lijkt iets te zullen doen. Het waren trouwens niet de Amerikanen, maar de Russen en het Syrische leger die een groot deel van het land hebben plat gebombardeerd, crèches, scholen en hospitalen inbegrepen.
De Koerden, soennieten van Perzische afkomst bij wie vrouwen een essentiële rol spelen in alle sectoren van hun samenleving (leger inbegrepen) – een uitzondering binnen de islam - kunnen er maar goed bij varen want met wat geluk krijgt dat volk eindelijk een vaderland ten oosten van de Eufraat. De enige tot nu toe erkende Koerdische politieke entiteit is de Koerdische Autonome Regio (KRG) in het noorden van Irak, die een zekere vorm van autonomie geniet. Dat volk, dat het gros van het vuile werk mocht opknappen in de strijd tegen de Islamitische Staat, is daar nooit voor beloond geworden, integendeel..
|