Veel sneller dan verwacht is de federale regering tot een oplossing van de begrotingscontrole gekomen en alhoewel er nog over veel punten en komma’s kan gediscuteerd worden, wat niets nieuws is in de Belgische politiek, ziet het er steeds meer naar uit dat het team van Michel zijn legislatuur gaat uitdoen. Om te beginnen is Michel zelf vrij populair, zelfs in Vlaanderen, maar zitten er in zijn regering ook enkele figuren die goed bezig zijn. Dat geldt voor Maggie De Block, maar ook voor Johan Van Overtveldt.
Voor Van Overtveldt heb ik altijd een boontje gehad. Vroeger kocht ik regelmatig Trends, bijna uitsluitend om zijn hoofdartikels te kunnen lezen. Weinig mensen in onze politiek beschikken over een betere dossierkennis in het segment waarvoor ze verantwoordelijk zijn. Van Overtveldt volgde niet alleen de binnenlandse politiek, maar was ook niet benauwd om grotere problemen aan te pakken en schreef er zelfs verscheidene boeken over. Als hij binnen de club waarin hij nu minister van Financiën is, ergens niet te plaatsen is, dan komt dat omdat hij meer is dan een gewone politieker. Kenmerkend daarvoor is het vertrouwen dat hij op Financiën behield voor Hans D’Hondt, van CD&V-strekking, maar ook een bekwaam iemand, die als hoofd administratie al enkele jaren het financieel beleid aan het moderniseren is, nog zoiets waarvoor men in dit land veel geduld moet hebben. Na het afwerken van de taxshift, een stap in de goede richting, maar nog niet het einde van dat debat, kreeg Van Overtveldt zelfs de felicitaties van Geert Noels, econoom, stichter van Econopolis en schaduwminister van Financiën voor De Tijd, die normaal niet mals is voor onze politici. Geert zei er wel bij dat een sterke tijdrit nog niet betekent dat Johan de cols van de volgende jaren zal aankunnen.
Wie leeft, zal zien.
|