Rikske Torfs, de rector van de Universiteit van Leuven, kreeg vorige week vanuit enkele academische kringen de wind van voor, toen hij stelde dat dit land te klein is voor vijf universiteiten en dat daarop nog heel wat bespaard kon worden. Nu is Torfske, in Vlaanderen wereldberoemd geworden sinds zijn medewerking aan ‘De Slimste Mens’ en zijn periode als CD&V- senator, iemand die wel eens meer tegen de stroom in durft roeien, maar met zijn laatste stelling heeft hij wel gedeeltelijk gelijk. Het is nl niet zo dat hij wil dat er hier universiteiten verdwijnen, wel bepaalde afdelingen ervan. Door steeds meer verbindingen met hogescholen is er nl een soort wildgroei ontstaan, die weliswaar voor extra werkgelegenheid zorgt, maar veel geld kost en niet altijd goede resultaten geeft. Het verhaal van het teveel aan koks dat het eten bederft.
Die uitbreiding van onze hogescholen heeft nog een speciaal facet. Dat gebeurde nl via zgz ‘associaties’, een soort overkoepelende organisaties die zo’n beetje hun eigen leven en hiërarchie leiden. Zo blijkt het dat in onze vijf universiteiten er niet minder dan vier van die associaties geleid worden door socialisten: Luc Van den Bossche (hij weer!) in Gent, Caroline Gennez (jaja!) in Antwerpen, Willy Claes (die van Agusta die zich toen niets meer herinnerde!) in Hasselt en Robert Voorhamme in Antwerpen. Alleen laatstgenoemde heeft onderwijservaring als schepen van de koekenstad. De andere drie zitten daar gewoon omdat ze er politiek benoemd zijn. De vijfde voorzitter, die van Leuven, is André Oosterlinck, ex rector, waarvan men niet met zekerheid weet voor welke partij hij nu is, maar van wie men tenminste weet dat hij uit een katholiek nest komt. Dat er bij onze universiteiten niet méér bespaard wordt, is dan ook geen verrassing.
Het is trouwens niet alleen in de universiteiten dat er nog heel wat kan bespaard worden door wat efficiënter te werken. Dat geldt ook voor ziekenhuizen. Er blijken er in totaal in België liefst 134 te zijn, waarvan vele afdelingen hebben die dezelfde diensten aanbieden. Als gevolg daarvan worden bepaalde behandelingen in sommige ziekenhuizen weinig of niet verricht, waardoor die op dat gebied niet alleen minder ervaring en expertise in huis hebben, maar er ook voor zorgen dat de eindrekeningen een stuk duurder uitvallen.
Dat laatste geldt ook voor het Vlaamse Gewest zelf, waar ook heel wat onderafdelingen zijn die men best kan samenvoegen of afschaffen. Denk maar aan het Vlaams Energiebedrijf, het Vlaamse Fonds der Letteren en zo zijn er nog wel enkele. Om nog te zwijgen over de provincies, die men – net zoals de federale senaat - (nog) niet afschaft, maar reduceert, wat maakt dat de logistieke kosten dezelfde blijven en soms zelfs nog vermeerderen. Denk maar aan de bouw van het nieuwe Antwerpse provinciegebouw, waarmee men reeds begonnen. Dat was berekend op een totaal aantal provincieraadsleden dat meer dan dubbel zo groot was als wat er nu van overblijft, zodat dat gebouw veel te groot (én te duur) zal zijn. Het VB heeft al gevraagd die bouwwerken stop te zetten, maar daarvan hoort men, zoals gebruikelijk, niet veel in onze poco media. Die hebben het in Antwerpen te druk met de Oosterweelverbinding…
|