Er
wordt steeds gezegd dat een land binnen de eurozone zijn munt, in dit geval de
euro, niet meer kan devalueren. Dat is niet helemaal correct. Zon mogelijkheid
bestaat wel en werd in enkele landen reeds toegepast, nl via de BTW. Dat idee
werd geopperd door econoom Gert Peersman van de UGent, die momenteel blijkbaar
op een goed blaadje staat bij onze media. Van Geert Noels en Ivan Van de Cloot
hoort men zoveel niet meer en zelfs doemdenker De Grauwe (whats in a name!)
lijkt te zijn stilgevallen. Toch neemt ook Peersman geen blad voor de mond, zoals
toen hij o.a. in het debat over het voorstel tot BTW-verlaging van de
elektriciteit zei, dat men die BTW beter zou verhogen i.pl.v. verlagen.
Een BTW-verhoging is, volgens Peersman, in feite een fiscale devaluatie.
Het maakt import duurder en export goedkoper. Bij export is het nl het
BTW-tarief van het land van bestemming dat telt. Door tegelijkertijd de
arbeidskosten te verlagen, zullen meer mensen aan een baan geraken, wat zou
zorgen voor meer koopkracht en consumptie.
Wat Vande Lala wou doen, hierin nota bene ook gesteund door de
Vlaamse liberalen, is net het omgekeerde, want dan zou neerkomen op een de
facto revaluatie van de munt, wat
onze export nóg duurder zou maken en onze concurrentiepositie dus verder zou
verzwakken..
En
dan is er nog steeds terugkomende idee om een indexsprong te maken. Alhoewel
van ACV strekking evenals trouwens Dehaene - heeft Martens er in zijn regeerperiode zelfs twee laten plaatsvinden en nu zou dat
niet meer kunnen. Ergens heb ik gehoord dat één indexsprong het land de dag van
vandaag vier miljard euro (160.000.000.000 oude Befkes!) zou opleveren en dat zonder verdere kosten. Dat is voor
linksen en vakbonden blijkbaar te verwaarlozen. Die wachten nog liever tot een
tweede regering Di Rupo het IMF-idee overneemt en onze spaargelden zal taxeren
|