Fonteyn ziet 'invasie van Vlamingen in Geldenaken en Bevekom' xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
HOEGAARDEN - Guido Fonteyn haalt in zijn beschrijving van de Nederlands-Franse taalgrens een nieuw fenomeen aan: 'de invasie van Vlamingen in Geldenaken en Bevekom'.
Fonteyn, gewezen journalist van onze redactie en gewaardeerd Wallonië-kenner, bracht bij EPO 'Over de taalgrens - Van Komen tot Voeren' uit. In Oost-Brabant behandelt hij de zone Bevekom-Geldenaken en haalt hij een nieuw fenomeen aan. Daar waar Vlamingen in het verleden om den brode emigreerden naar Waalse tewerkstellingscentra (en er zich integreerden), ziet hij nu zelfbewuste Nederlandstaligen verhuizen naar Waals-Brabantse grensgemeenten.
Het zijn meestal tweeverdieners die net over de taalgrens het huis van hun dromen vonden tegen de helft van de Vlaamse prijs. Zij werken verder in Brussel of Antwerpen, staan vaak minder lang in de file, sturen hun kinderen naar het Nederlandstalig onderwijs in de Vlaamse buurgemeente.
Fonteyn: 'In Geldenaken zou de jongste jaren naar schatting zo'n tien procent van de nieuwe inwoners vanuit Vlaanderen zijn ingeweken. Die nieuwe Vlamingen hebben een goede naam. Zij vragen niet om faciliteiten, maar de gemeente nam bewust een Nederlandstalige in dienst om desnoods hulp te kunnen bieden als er problemen zouden rijzen met de taal.'
De auteur ziet geen vijandigheid. 'De nieuwe Vlaamse migranten in Bevekom of Geldenaken neigen er -voorlopig?- ook niet naar om zich in eigen clubs terug te trekken, al werd mij verteld dat het Nederlands de meest gangbare taal is in de vele paardenclubs in de streek' (Billen)
|