'Nemo' dreigt écht te verdwalen in oceaan
'Finding Nemo', de film over een clownvisje dat verdwaalde in zee, blijkt jammer genoeg werkelijkheid te worden. Door het stijgende CO2-gehalte in het oceaanwater kunnen de clownvissen zich er moeilijker oriënteren. Bovendien slagen ze er niet meer in om een goede woonplaats te vinden. Wetenschappers vrezen dat dit zal leiden tot het uitsterven van deze vissoort. Dat schrijft de Britse krant The Guardian.
Geuren In een perfecte wereld verloopt de zoektocht van een clownvisje naar een woning als volgt: De clownvis-eitjes worden meegedragen door oceaanstromingen. Wanneer de eitjes uitkomen, worden de larven door geuren geleid naar koraalriffen en anemonen, waar ze dan hun woning maken.
Wetenschappers hebben nu verschillende proeven met clownvis-larven uitgevoerd. Blijkt nu dat wanneer larven die opgroeien in oceaanwater dat CO2 uit de atmosfeer opgenomen heeft, die geuren niet meer kunnen herkennen, helemaal gedisoriënteerd raken en niet meer in staat zijn een geschikte woonplaats te vinden.
Grote gevolgen "De clownvis-larven kunnen in 'CO2-water' zelfs niet meer het onderscheid maken tussen hun ouders en andere vissen", zegt Kjell Døving van de Universiteit in Oslo. "De larven hebben bovendien minder kans om de juiste woonplaats te vinden, wat verschrikkelijke gevolgen zal hebben voor hun voortbestaan."
Het effect van CO2-water zal niet alleen voor de clownvispopulatie, maar ook voor vele andere vispopulaties onthutsend groot zijn. Vele vissoorten rekenen immers op geuren in zeewater om een goede habitat te vinden. De wereldoceanen zuigen grote hoeveelheden CO2 op die uitgestoten wordt bij de verbranding van fossiele brandstoffen. Door het absorberen van deze gassen worden de oceanen zuurder. (adb)
|